Deze dame komt oorspronkelijk uit Gabon, verkaste naar Mali en opereert tegenwoordig vooral vanuit Frankrijk. Deze Yiêh is haar derde plaat en wie haar, zoals ik, nooit eerder hoorde, wordt zowat weggeblazen door de formidabele, wendbare stem van deze vrouw, die, zo leer en lees ik, zich niet beperkt tot het zingen van liedjes, maar die daarnaast een heuse militante en activiste is voor de zaken van De Vrouw. Daarvan zijn er, zoals we allemaal weten, nogal wat -en lang niet alleen in Afrika- die op een serieuze aanpak wachten. Nog al te veel vrouwen worden niet serieus genomen, zitten in economische achterstelling, kunnen niet naar school of mogen zelfs niet met de fiets rijden of zingen in het openbaar. En dan zwijg ik nog over huiselijk geweld en meer van dat door mannen georganiseerde fraais….

Deze derde plaat is, in tegenstelling tot de vorige twee, iets minder in het Bakaningui gezongen, al blijven de klanken en vooral de ritmes van haar origine de zaken wat domineren, wat allerminst een probleem is voor mijn oren. Pamela, die geregeld aan de bak kwam in de koortjes van mensen als Tiken Jah Fakoly, Oumou Sangaré en Salif Keita, en die ook meewertkte aan “Papaoutai” van ons aller Stromae, wordt omringd door flink wat muzikanten “met een stamboom”: Kwame Yeboah, multi-instrumentalist en arrangeur van ondermeer high life-artiest Pat Thomas, die overigens een leuke gastverschijning maakt in “Aimer”. Verdere gasten: de super getalenteerde en multidisciplinaire Aurélie Raidron (in “Lobamono”), Kelly Khumalo (in “Polyphonies”, één van de grote sterren in Zuid-Afrika dezer dagen, en de jonge Gabonese rapper Mc Essone (in “Mon Agenda).

Dat levert, alles bijeen opgeteld, een erg mooie mix van AfroBeat, Afrojazz, Highlife en AfroPop op, die je moeiteloos meerdere keren naeen kunt beluisteren en die, zoals bij voorbeeld “Letondo” erg radiovriendelijk klinken. Met andere woorden: Pamela Badjogo heeft zowat alle troeven in handen om de grote doorbraak, die er volgens mij zeker komt, op korte termijn te realiseren.

(Dani Heyvaert)